'Ik wilde vooral weg

omdat ik daar geen 

toekomst had'

Er zijn ook verhalen die niet terugkomen in de voorstelling, maar die we wel graag een podium willen geven. Simpelweg, omdat deze verhalen het verdienen om verteld te worden. Het zestienjarige meisje dat tegenover ons zit, was een van de eersten die aangaf dat ze mee wilde werken aan een interview. Opvallend aldus haar docent, omdat het best een gesloten meisje is. Toch wil ze heel graag haar verhaal vertellen. Het is mooi om te zien dat deze jongeren hun verhalen aan de wereld willen vertellen.

Ze heeft een trui aan van de Lion King, maar alleen de blik in haar ogen vertelt ons al dat deze trui in groot contrast staat met wat zij al in haar leven heeft meegemaakt. Ze wil ons graag haar verhaal vertellen, maar we voelen ook duidelijk aan wanneer we niet door moeten vragen. De pijn is te groot.

Over haar tijd in Irak kan ze zich niet veel herinneren. Ze heeft hier de eerste jaren van haar leven gewoond. Ze vertelt alleen dat haar vader haar toen ze tien was, verteld heeft dat ze uit Irak gevlucht zijn naar Koerdistan en waarom.

Ze kan zich niet beter herinneren dan dat ze in een tent in een kamp in Koerdistan woonde. Ze woonde daar in totaal acht jaar samen met haar twee zussen, twee oudere broers en twee jongere broertjes. “Er stonden meer dan 3000 tenten in het kamp dicht bij elkaar. De matrassen legden we overdag in een soort opslag zodat we leefruimte hadden in onze tent. Mijn vader was overdag weg om te werken, ’s avonds was hij wel thuis. Tijdens het eerste jaar in het kamp werd echt iedereen ziek. Ik weet niet wat dat precies was.”

"De matrassen legden we overdag in een soort opslag zodat we leefruimte hadden in onze tent"

Ze gaat buiten het kamp naar een school die speciaal voor de kinderen uit het kamp is ingericht. Alle kinderen tot 18 jaar mogen hier naartoe. “We gingen van acht tot elf uur ongeveer naar school. Daarna gingen we eten en huiswerk maken. We kregen veel vakken op school zoals: Arabisch, Engels, Koerdisch, biologie, wiskunde, sport en tekenen. We zaten met ongeveer 25 kinderen in een klas.”


Geen toekomst

Buiten schooltijd houdt ze ervan om met haar vriendinnen af te spreken. Ze gaat graag met ze winkelen en leuke dingen doen.

De nachten in het kamp zijn niet fijn. “We moesten dan in onze tent blijven, want buiten was het niet veilig. Er reden dan allemaal snelle auto’s rond en er hing geen fijne sfeer.”

Het gezin spaart geld en ze mag samen met haar oudste broer naar Nederland. “Ik wilde heel graag naar Nederland, maar kon natuurlijk nog niet alleen. Mijn oudste broer ging met mij mee op reis om voor mij te zorgen. Ik wilde vooral weg omdat ik daar geen toekomst had. Ik kon wel 12 jaar gaan studeren, maar dan kun je nog niks worden. Ik wil graag studeren en er dan echt iets mee gaan doen, iets worden.”

Het is een lange reis. Vanuit Koerdistan naar Bagdad, deze reis duurt 6-8 uur met de auto. Daarna naar Syrië met het vliegtuig, hier verblijven ze drie dagen. Vervolgens met het vliegtuig naar Wit-Rusland waar ze 1 week verblijven. Vanuit Wit-Rusland gaan ze naar Polen, deze tocht moeten ze ter voet afleggen. “We gingen met meer dan twintig mensen zes uur lang lopen. Er waren twee mensen bij die ons begeleidden. Het was heel spannend, we mochten niet gezien worden. We liepen in het donker door een bos, zonder lampen. Vooral alle kinderen vonden het erg spannend, de volwassenen lieten het niet echt merken. Heel af en toe mochten we even uitrusten, maar we moesten vooral doorlopen. We hadden zware tassen met kleding mee en eten en drinken. We moesten voor het licht was op een afgesproken plek zijn. Daar stonden auto’s voor ons klaar om ons verder te rijden. Met de auto reden we door naar Duitsland.”

Als ze later in Nederland aankomen, gaan ze eerst naar Ter Apel en van daaruit naar Winterswijk.

Die gezinshereniging heeft nog maar kortgeleden plaatsgevonden. Als we er naar vragen hoe het was, valt ze even stil. “Na 2,5 jaar zag ik ze weer. Ik wilde niet huilen, maar was heel blij.” Inmiddels helpt de zestienjarige haar familie om in Nederland de weg te vinden en de taal eigen te worden. Zo tolkt ze op de dag van het interview bijvoorbeeld tijdens een gesprek voor haar broertje die voor het eerst naar school gaat. Ze heeft het naar haar zin in Nederland en op school, maar geeft aan nog niet echt vriendinnen te hebben, wel gaat ze veel om met haar nichtjes. Toekomstplannen heeft ze wel “Volgend jaar ga ik een horecaopleiding doen, daarna wil ik eigenlijk ook nog een opleiding doen om architect te worden.”

"Vanuit Wit-Rusland moesten we door een bos lopend de grens met Polen over, het was heel spannend, we mochten niet gezien worden."